Soesjes en eclairs zijn klassiekers in de bakwereld. Ze lijken veel op elkaar, maar verschillen in vorm en afwerking. Met het juiste recept en een paar handige tips maak je ze helemaal zelf. We vertellen je graag meer over de oorsprong, het verschil tussen soesjes en eclairs, hoe je ze maakt, vult en afwerkt. Ook geven we je inspiratie voor variaties en handige oplossingen voor veelvoorkomende problemen.
Soesjes en eclairs worden gemaakt van hetzelfde deeg: pâte à choux, oftewel soezendeeg. Dit deeg werd in de 16e eeuw ontwikkeld door de Italiaanse kok Pantanelli, die voor het Franse hof werkte. Later verfijnde de Franse patissier Marie-Antoine Carême het recept en werden soesjes en eclairs zoals we ze nu kennen populair in Franse bakkerijen.
De naam "éclair" betekent letterlijk "bliksemschicht" in het Frans. Er wordt gezegd dat deze naam komt van hoe snel mensen deze lekkernij opeten. Soesjes, bekend als "choux" in het Frans, verwijzen naar hun ronde vorm die lijkt op een kool (chou).
Hoewel soesjes en eclairs beiden van hetzelfde deeg gemaakt worden, zijn er toch duidelijke verschillen:
Vorm: soesjes zijn rond en eclairs zijn langwerpig.
Afwerking: eclairs worden meestal overgoten met glazuur of chocolade, terwijl je soesjes juist bestrooit met poedersuiker of in een laagje chocolade dipt.
Vulling: zowel soesjes als eclairs kunnen gevuld worden met verschillende vullingen, zoals banketbakkersroom, slagroom of andere crèmes. Maar eclairs hebben vaak rijkere vullingen en een glanzende topping.
Het maken van soesjes en eclairs lijkt misschien ingewikkeld, maar met het juiste recept en een beetje aandacht lukt het gegarandeerd. Het geheim zit in het soezendeeg, dat je met een speciale kooktechniek maakt. Soezendeeg rijst in de oven dankzij de stoom die erin ontstaat. Hierdoor krijg je luchtige, holle gebakjes die perfect zijn om te vullen. Volg onderstaand stappenplan en bak zelf de heerlijkste soesjes en eclairs!
75 g patentbloem
60 g ongezouten roomboter
100 ml water
1 snufje zout
3 eieren
Oven voorverwarmen
Verwarm de oven voor op 210°C (elektrisch) of 200°C (hetelucht) en bekleed een bakplaat met bakpapier
Water, boter en zout verwarmen
Breng het mengsel langzaam aan de kook in een pan. Zorg ervoor dat de boter volledig gesmolten is voordat je verdergaat.
Bloem toevoegen en garen
Haal de pan van het vuur en voeg de bloem in één keer toe en roer krachtig met een houten lepel tot het mengsel een bal vormt.
Zet de pan weer op het vuur en blijf roeren op laag vuur zodat de bloem goed gaart en het deeg als een bal van de bodem loslaat. Dit duurt ongeveer 1 à 2 minuten.
Eieren toevoegen
Haal de pan van het vuur en laat het deeg iets afkoelen.
Voeg de eieren één voor één toe en mix goed tot een glad beslag. Het deeg moet glanzend en stevig zijn, maar niet te vloeibaar.
Deeg spuiten
Vul een spuitzak met een ronde spuitmond en spuit hoopjes voor soesjes of langwerpige strepen voor eclairs op een bakplaat met bakpapier of een siliconenmatje.
Bakken
Bak in een voorverwarmde oven op 200°C (boven- en onderwarmte) of 180°C (hete lucht) gedurende 25-30 minuten.
Zet de oven de laatste 5 minuten op een kier zodat de stoom kan ontsnappen. Dit voorkomt dat de soesjes of eclairs inzakken.
Laten afkoelen
Laat de gebakken soesjes en eclairs volledig afkoelen op een rooster voordat je ze vult.
Om perfecte soesjes en eclairs te maken, zijn er een paar handige tips die je kunnen helpen bij het bakken van soesjes en eclairs. Het soezendeeg is gevoelig voor kleine foutjes, dus let goed op deze details voor de lekkerste soesjes!
Gebruik een siliconenmatje: In plaats van bakpapier kun je een siliconen bakmatje gebruiken. Dit zorgt ervoor dat de soesjes gelijkmatiger rijzen, omdat de hitte beter wordt verdeeld. Hierdoor blijven ze mooi rond of strak gevormd.
Oven niet te vroeg openen: Tijdens het bakken zet het deeg uit door de stoom die binnenin ontstaat. Als je de ovendeur te vroeg opent, ontsnapt die stoom en kunnen de soesjes of eclairs inzakken. Wacht daarom tot de baktijd bijna voorbij is en zet de oven dan pas voorzichtig op een kiertje.
Let op de consistentie van het deeg: Soezendeeg moet stevig genoeg zijn om zijn vorm te behouden op de bakplaat, maar ook zacht genoeg om goed te kunnen spuiten. Als het te dun is, zullen de soesjes uitlopen. Is het te dik, dan rijst het deeg juist minder goed. Voeg de eieren daarom één voor één toe en controleer steeds of het deeg nog stevig genoeg is.
Wil je soesjes en eclairs met extra crunch of een unieke smaak? Met een paar kleine aanpassingen kun je het deeg net wat interessanter maken.
Craquelin is een dun laagje suikerdeeg dat je over de soesjes legt voordat ze de oven in gaan. Het bestaat uit gelijke delen boter, suiker en bloem, waarna je het dun uitrolt en in kleine uitgestoken rondjes bovenop de soesjes gelegd. Tijdens het bakken smelt het suikerdeeg en vormt het een knapperige, gekarameliseerde bovenkant. Dit geeft niet alleen een mooi effect, maar ook een heerlijk krokante bite.
Wil je je soesjes of eclairs een andere smaak geven? Dit kun je makkelijk doen door extra ingrediënten aan het deeg toe te voegen:
Cacaopoeder: Meng een eetlepel cacaopoeder door de bloem voor simpele chocoladesoesjes.
Kaneel of speculaaskruiden: Voeg een snufje kaneel of speculaaskruiden toe voor een warme, kruidige smaak die perfect past bij herfst- en winterdesserts.
De luchtige, holle structuur van soesjes en eclairs maakt ze perfect om te vullen met een heerlijke (zelfgemaakte) crème. De vulling bepaalt voor een groot deel de smaak van het gebakje en kan variëren van klassiek en romig tot fris en fruitig. Een goedgevuld soesje of eclair is een echte traktatie!
Er zijn veel verschillende vullingen mogelijk. Hier zijn een paar lekkere en veelgebruikte keuzes:
Banketbakkersroom: Een klassieke vulling, gemaakt van melk, eidooiers, suiker, vanille en maïzena. Romig, stevig en heerlijk vanilleachtig.
Slagroom: Licht en luchtig, vaak gezoet met een beetje suiker en vanille. Dit maakt soesjes extra romig.
Chocolademousse: Voor de echte chocoladeliefhebbers: een romige, volle mousse op basis van chocolade en slagroom.
Koffiecrème: Een heerlijke, licht bittere vulling met een koffiesmaak. Perfect in combinatie met chocoladeglazuur.
Frambozen- of citroencrème: Voor een frisse twist. Deze fruitige crèmes worden vaak gemaakt met een combinatie van fruitpuree en banketbakkersroom of slagroom.
De manier van vullen verschilt wel een beetje tussen soesjes en eclairs. Probeer er vooral wat handigheid in te krijgen.
Soesjes vullen
Gebruik een spuitzak met een smalle spuitmond.
Prik een klein gaatje in de onderkant van elk soesje.
Spuit de vulling voorzichtig in het soesje totdat het vol voelt.
Eclairs vullen
Snijd de eclairs doormidden en spuit de vulling op de onderste helft voordat je de bovenkant erop legt.
Of prik met een spuitmond drie kleine gaatjes in de onderkant van de eclair en spuit de vulling erin. Dit zorgt voor een nettere afwerking.
Wil je dat de vulling stevig blijft? Zorg dan dat je soesjes en eclairs volledig zijn afgekoeld voordat je ze vult. Als ze nog warm zijn kan de vulling smelten, waardoor het er weer uitloopt.
Bij het maken van soesjes en eclairs kunnen er een aantal dingen misgaan. Gelukkig zijn de meeste problemen makkelijk te voorkomen of op te lossen.
Als soesjes mooi in de oven rijzen maar daarna inzakken, is de kans groot dat je de oven te vroeg open hebt gedaan. Soesjes hebben stoom nodig om goed te kunnen rijzen en als je de ovendeur opent voordat ze stevig genoeg zijn, ontsnapt de stoom te snel. Hierdoor kunnen je soesjes inzakken.
Oplossing: Laat de oven na het bakken op een kiertje staan zodat de soesjes langzaam af kunnen koelen en hun vorm behouden.
Als je soezendeeg te dun is, houdt het geen vorm op de bakplaat en loopt het uit. Dit gebeurt meestal als je te veel ei aan het deeg hebt toegevoegd.
Oplossing: Voeg de eieren één voor één toe en controleer tussendoor of het deeg de juiste consistentie heeft. Het moet stevig genoeg zijn om een spuitbare vorm te behouden, maar het mag ook niet te dik zijn. Oefening baart kunst!
Eclairs die tijdens het bakken scheuren, worden over het algemeen op een te hoge temperatuur gebakken. Daardoor zet het deeg te snel uit en barst het deeg open waardoor het gaat scheuren.
Oplossing: Bak eclairs op 180°C (hete lucht) en zorg ervoor dat je ze gelijkmatig opspuit. Voor een nog egaler bakresultaat kun je een siliconen bakmat gebruiken in plaats van bakpapier.
Als je soesjes of eclairs vult en de vulling er vervolgens uit loopt, kan dit twee oorzaken hebben. Of de gebakken soesjes zijn nog te warm, waardoor de vulling smelt en vloeibaar wordt, of de vulling zelf is te dun.
Oplossing: Laat de soesjes volledig afkoelen voordat je ze vult. Controleer ook of de vulling stevig genoeg is. Slagroom moet bijvoorbeeld goed stijfgeklopt zijn en banketbakkersroom moet voldoende gekoeld zijn voor gebruik.
Met soesjes en eclairs kun je eindeloos blijven variëren. Hier zijn een paar ideeën om je creativiteit de vrije loop te laten gaan!
De meest bekende versies zijn slagroomsoesjes en chocolade-eclairs. De soesjes worden dan gevuld met luchtige slagroom en bestrooid met poedersuiker of gedipt in gesmolten chocolade. Eclairs worden traditioneel gevuld met banketbakkersroom en afgewerkt met een laagje chocoladeglazuur.
Wil je een chique variant maken? Probeer dan eens eclairs gevuld met pistachecrème of gezouten karamel. Deze smaken geven een bijzondere twist en passen perfect bij een speciale gelegenheid. Je kunt ook experimenteren met verschillende soorten room, zoals witte chocoladeganache of frambozenmousse.
Voor een indrukwekkend dessert kun je een croquembouche maken: een toren van soesjes die je aan elkaar lakt met karamel. Een croquembouche is een echte blikvanger op feestjes en bruiloften. Een andere leuke optie is om eclairs te decoreren met gekleurd glazuur of eetbare bloemen voor een feestelijk effect.
Soesjes zijn niet alleen geschikt voor zoete vullingen, je kunt ook een keer een hartige variant maken . Vul ze bijvoorbeeld met een romige kaascrème of een zalmmousse voor een verrassend borrelhapje. Je kunt zelfs kruiden of kaas door het deeg mengen voor extra smaak.
Naast de vulling kun je soesjes en eclairs ook mooi decoreren. Met een paar simpele technieken maak je er echte kunstwerkjes van.
Chocoladestrepen: trek met gesmolten witte en pure chocolade mooie strepen over je eclairs voor een luxere look. Dit kun je doen met een spuitzak of gewoon met een lepel.
Eetbaar bladgoud: voor echte luxe soesjes en eclaires kun je eetbaar bladgoud gebruiken. Dit geeft een chique effect en maakt je gebakjes extra feestelijk.
Glazuur en karameldraden: maak patronen met gekleurd glazuur of trek dunne draden van karamel over je soesjes voor een speels effect.
Wil je nog verder gaan? Probeer dan eetbare parels, notenkrokant of een dun laagje craquelin (suikerdeeg) voor een extra knapperige bite.
Soesjes en eclairs zijn het lekkerst als ze vers zijn, maar je kunt ze ook prima bewaren of invriezen.
Ongevulde soesjes kun je het beste in een luchtdichte doos bewaren op kamertemperatuur. Zo blijven ze een dag of twee goed. Als je ze gevuld hebt, bewaar ze dan in de koelkast en eet ze binnen 24 uur op, zodat ze niet slap worden.
Vul soesjes en eclairs pas vlak voor het serveren. Soezendeeg neemt namelijk snel vocht op, waardoor ze zachter worden als ze gevuld zijn. Wil je ze eerder klaarmaken? Houd de vulling dan apart en vul ze op het laatste moment.
Ja! Ongevulde soesjes en eclairs kun je prima invriezen. Laat ze na het bakken volledig afkoelen en bewaar ze in een afgesloten zak of bakje in de vriezer. Ze blijven zo ongeveer een maand goed. Ontdooi ze op kamertemperatuur en bak ze eventueel kort op 180°C om ze weer knapperig te maken.
Voor gevulde soesjes geldt dat invriezen niet altijd een goed idee is, omdat de vulling kan gaan schiften of waterig kan worden bij het ontdooien.
Zelf soesjes en eclairs maken is niet moeilijk als je het proces goed volgt. Door goed te letten op de juiste deegconsistentie, een goede baktijd aan te houden en een heerlijke vulling te kiezen, krijg je een perfect eindresultaat. Ga lekker aan de slag en probeer verschillende variaties.