Appelkoeken met anijs

Haal de bakplaat uit de oven, bekleed deze met bakpapier. Vet de bakringen in met wat boter of gebruik een bakspray. Verwarm de oven voor (215 °C elektrische oven / 200 °C heteluchtoven).

Maak vervolgens het deeg. Doe de bloem (165 g), witte basterdsuiker (75 g), kristalsuiker (25 g), boter (100 g), bakpoeder (1.5 tl), ei (½, losgeklopt) en anijspoeder (1 tl) in een beslagkom en mix er met een mixer met deeghaken een korrelig deeg van.

Kneed er vervolgens met de hand een samenhangend deeg van. Rol het uit tot ongeveer 1 cm dik en steek er met de ringen cirkels uit. Leg ze met de ring eromheen op de bakplaat.

Kneed van de resten deeg weer een mooie bol, rol dit opnieuw uit en maak zo ongeveer 6 à 7 koeken uit het deeg.

Let op: Je hebt de rest van het losgeklopte ei nog nodig voor het amandelspijs.

Meng kristalsuiker (25 g) met amandelpoeder (25 g) en het resterende halve ei (losgeklopt) tot amandelspijs. Doe het in een spuitzak en spuit op elk plakje deeg in het midden een rondje amandelspijs.

Was de appels (2 stuks) en snij er tenminste 7 plakken van (ca. 1 cm dik). Verwijder het klokhuis met een appelboor. Je kunt hiervoor ook heel handig een rond spuitmondje gebruiken. Verdeel de appelplakken over de deegrondjes.

Bak de koeken 15 minuten in het midden van de hete oven. Laat ze tenminste 10 minuten afkoelen op de plaat en verwijder dan de ringen.

Verwarm vervolgens de abrikozenjam (1 el) en kwast een beetje warme gelei over de appels, zodat ze mooi gaan glimmen. Bestrooi met wat geroosterd amandelschaafsel (1 el). Eet smakelijk!