Een heerlijke Clafoutis, gemaakt met appel en kaneel in plaats van kersen. Dit Franse nagerecht is de perfecte afsluiter van een uitgebreid diner. Wanneer zet jij deze beauty op tafel?
Bestel gemakkelijk en snel je bakproducten bij ons zusje DeLeuksteTaartenshop.
Doe de bloem (150 g), roomboter (100 g), witte basterdsuiker (50 g), het zout (1/4 tl) en het losgeklopte ei (2 à 3 el) in een kom en maak een samenhangend deeg. Voeg evt. bloem toe als het deeg te slap is. Voeg een aantal druppeltjes ei toe als het deeg te droog is.
Leg het deeg minimaal 1 uur in de koelkast om te rusten.
Schil de appels (2 à 3 stuks) en snijd deze in partjes. Maak van iedere appel 8 partjes. Bestrooi de appelpartjes met kaneel en zet apart.
Vet de bakvorm in met boter of bakspray en bestrooi met bloem. Gebruik evt. bakpapier op de bodem van de taartvorm.
Rol het deeg uit tot een dikte van 4 mm en bekleed de bodem en de zijkanten van de vorm. Maak de zijkanten ongeveer 3 centimeter hoog. Zet de bakvorm even apart.
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Doe de eieren (2 stuks), kristalsuiker (125 g), melk (125 g), het amandelmeel (125 g) en het vanille aroma (1 tl) in een kom en mix dit met een garde of mixer door elkaar.
Vul de bakvorm met de vulling. Leg de appelpartjes bovenop de vulling.
Bak de appel clafoutis af in ongeveer 30-40 minuten. Zowel het deeg als de vulling moeten mooi goudbruin zijn.
De clafoutis kan warm (bijv. met een bolletje ijs) of koud geserveerd worden. Strooi voor het serveren een klein beetje poedersuiker over de clafoutis.