MonChoutaart met banaan en karamel

Bekleed de bodem van de springvorm met het bijgeleverde bakpapiertje uit het Dr. Oetker MonChoutaart met kandijkoekjesbodem (1 pak).

Smelt de margarine (70 g) in een pannetje, neem de pan van het vuur en voeg de inhoud van het zakje kruimelmix toe. Bedek de bodem van de springvorm met de massa en druk, met bijvoorbeeld de achterkant van een lepel, gelijkmatig aan.

Snijd de bananen (2 stuks) in plakken en bekleed daarmee rijkelijk de bodem.

Klop in een kom de MonChou (200 g) in 1 minuut glad, voeg hierna het water (100 ml) en de taartmix toe en mix tot een gladde massa.

Voeg de ongeklopte slagroom (250 ml) toe en klop in 1,5 minuut tot een egale massa.

Giet dit MonChoumengsel over de bodem en de bananen en laat 2 uur opstijven.

Neem een vel bakpapier en bekleed hiermee een bakplaat of grote lage schaal. Verdeel hierover het amandelschaafsel (1 zakje) en sesamzaad (50 g).

Doe de suiker (150 g) en het water (40 g) in een pan en laat deze smelten. Als de kleur naar je zin voldoende goudbruin is, giet je de karamel liefst zo dun mogelijk uit over de nootjes op het bakpapier.

Laat de karamel afkoelen en verkruimel deze dan in de keukenmachine of met een deegroller. Strooi deze, vlak voor het serveren, royaal over de taart.